Een foto-montage uit 1933.
In de nacht van 18 december 1933 vertrok de Fokker F.XVIII 'Pelikaan' van de K.L.M. voor een 'versnelde postvlucht' van Schiphol naar Batavia. Het doel van deze tocht was het genereren van publiciteit voor de K.L.M. in het algemeen en voor de Indië-lijn in het bijzonder. Dat slaagde uitstekend. De kranten stonden er vol van en heel Nederland zat aan de radio gekluisterd om het laatste nieuws te horen.
Met passend publiciteitsmateriaal kon de K.L.M. optimaal profiteren van deze massale aandacht. Er was echter één probleem, de Pelikaan was vertrokken zonder dat er een bruikbare publiciteitsfoto beschikbaar was.
Op zich was een vliegtocht naar Indië in 1933 niet bijzonder. Er vertrok elke week een K.L.M.-toestel naar de Oost om 10 dagen later in Batavia aan te komen. Er was sprake van een geregelde luchtdienst, op dat moment zelfs de langste geregelde luchtdienst ter wereld.
Vanuit de zakenwereld werd echter de wens geuit voor een snellere postdienst want in tegenstelling tot passagiers behoefde de post geen nachtrust. Het Comité Snelpost Nederland-Indië spande zich daarom in om in het najaar van 1933 een snelle postvlucht uit te voeren met de speciaal voor dat doel gebouwde Pander S4 'Postjager'.
Dw P.T.T. gaf een nieuwe, driehoekige, luchtpostzegel voor speciale vluchten uit en de K.L.M. stelde een 2e piloot en een radio-telegrafist met ervaring op de Indië-route beschikbaar. Daarnaast kondigde de K.L.M. zelf ook een versnelde postvlucht aan, in dit geval met de nieuwe Fokker F.XX 'Zilvermeeuw'.
De voorbereidingen werden uitgebreid in de pers besproken en het geheel kreeg het karakter van een wedstrijd.
De Postjager vertrok als eerste, op 9 december. Een dag later stond ze al met motorpech in Italië aan de grond. Die zou Batavia voor de Kerst niet halen.
Alle ogen waren nu gericht op de Zilvermeeuw. In de nacht van 18 december waren honderden mensen naar Schiphol gekomen om de Fokker F.XX te zien vertrekken. Onder hen de minister van Binnenlandse Zaken en de directeur-generaal van de P.T.T. De motoren draaiden warm, de post was ingeladen en de bemanning stond klaar; gezagvoerder Iwan Smirnoff, piloot Piet Soer, boordwerktuigkundige Grosfeld en marconist Beukering. Er werd afscheid genomen van familie en collega's en toen stopte motor 2, een kam-wiel had het begeven. De hangar werd weer gesloten en het werd stil op Schiphol.
Ook de Zilvermeeuw zou niet voor de Kerst in Indië zijn.
Nog geen uur later kondigde dhr. Plesman, directeur der K.L.M, aan dat de vlucht alsnog uitgevoerd zou worden. Niet met de Zilvermeeuw maar met één van de gewone dienst-toestellen van de Indië-route, de Pelikaan, een Fokker F.XVII. Dat toestel was weliswaar minder snel maar wel betrouwbaar en vertrouwd. De post werd overgeladen, de bemanning ging aan boord en om 4 uur 28 verdween de Pelikaan in de donkere nacht.
Tot aan Marseille werd er gewerkt aan een nieuw vluchtplan omdat de Pelikaan met 190 km/u veel minder snel was dan de Zilvermeeuw die wel 250 km/u haalde. Meer vliegen en minder rusten. Er werd alleen nog maar geland om te tanken. Aanvankelijk hoopte men om het in zes dagen te halen maar gaandeweg werd duidelijk dat het sneller kon.
Uiteindelijk werd Batavia bereikt in 4 dagen, 4 uur en 40 minuten. Sneller nog dan met de Zilvermeeuw gepland was. De bemanning werd als helden onthaald door een uitzinnige mensenmassa. De kranten stonden er vol van, zowel in Indië als in Nederland. "Practisch heeft de bemanning heel weinig geslapen. Met zwarte koffie en Cognac hield men zich op de been." meldde het Soerabaiasch Handelsblad. In de Nederlandse kranten werd alleen de zwarte koffie genoemd.
In Indië kreeg de bemanning enkele dagen relatieve rust en de Pelikaan een extra benzine-tank van 670 liter. Op tweede kerstdag vertrok de Pelikaan weer naar Holland met aan boord 500 kilo nieuwjaarspost. Ondanks veel tegenwind en slecht weer wist men de terugreis nog sneller te volbrengen. Op 30 december 's avonds was het ijskoud, donker en mistig op Schiphol. Meer dan twintigduizend mensen wachtten de Pelikaan op. In het donker hoorden ze het toestel wel maar zagen het niet. Pas bij de tweede poging lukte het Smirnoff de machine veilig uit de mist op de grond te zetten. "Met tranen in de ogen werd het volkslied gezongen... Toen werd het Nederlandse volk zich weer meester. Het ging de bemanning huldigen."
Ik kende de foto van de Pelikaan met bemanning al uit verschillende boeken. Dat het een montage was zag ik pas toen ik in een antiquariaat een originele afdruk tegen kwam. De foto zat in een schoolschrift uit de jaren '30 met knipsels over vliegtuigen, ooit verzameld door een jongen uit Den Haag. Deze afdruk was een stuk scherper dan de reproducties die ik kende en het was duidelijk te zien dat de bemanning uitgeknipt en op een andere achtergrond was geplakt. Het contrast van de twee beelden was ook niet hetzelfde. Bij het vliegtuig stond de zon links achter, bij de bemanning kwam het licht van rechts.
Vooral aan de onderkant van de jassen is goed te zien dat het beeld uitgeknipt is.
|
De K.L.M. beschikte in de jaren '30 al over een uitgebreide Fototechnische Dienst. Deze was vooral actief op het gebied van luchtcartografie maar ze maakte ook "opnamen voor illustratieve weergave van fabrieks- en handelsterreinen, groote werken enz. enz." Luchtfoto's dus. En daarnaast verzorgde ze de propagandafoto's ten behoeve van het eigen bedrijf. Het begrip propaganda had toen een minder beladen betekenis dan tegenwoordig.
Tijdens het invliegen van de F.XX in het najaar van 1933 was er door een K.L.M-fotograaf een foto gemaakt van Smirnoff, Soer, Grosfeld en Beukering voor de Zilvermeeuw. Zeer waarschijnlijk met een 10x15cm camera. De bemanning in uniform met overjas en handschoenen, het was koud en bewolkt. Ik kan mij voorstellen dat Smirnoff een rondje sigaretten uitgedeeld heeft terwijl de fotograaf zijn camera instelde. Smirnoff rookte Gold Flake. Op het moment dat het glasnegatief in de camera zat gingen de sigaretten omlaag, iedereen keek vriendelijk maar vastberaden in de lens en de foto was gemaakt.
Afdrukken van deze foto werden verspreid onder de geïllustreerde pers zodat zij over passend beeldmateriaal beschikten. Zo stond ze in het blad 'Sport in Beeld' van 12 december. Het Algemeen Handelsblad gebruikte de foto nog op 22 december bij het bericht dat de Pelikaan te Batavia was aangekomen, maar daarbij was de Zilvermeeuw op de achtergrond al weggeretoucheerd en was alleen de bemanning afgebeeld. Voor promotiedoeleinden was de oorspronkelijke foto volledig ongeschikt geworden.
De foto-montage is in verschillende boeken gedupliceerd.
|
Ik denk dat ze toen bij de K.L.M. Fototechnische Dienst de schaar in een afdruk hebben gezet en de bemanning zo netjes mogelijk hebben uitgeknipt. De losse bemanning is daarna op een bestaande foto van de Pelikaan geplakt (deze bestaat ook als ansichtkaart, zonder bemanning), de randjes zijn nog een beetje weggewerkt en daarna werd alles opnieuw gefotografeerd zodat er nieuwe afdrukken konden worden gemaakt. Deze werden dan weer aan de pers beschikbaar gesteld. Zo stond de montage op 3 januari in de Telegraaf bij een interview met Piet Soer.
Foto-montage en luchtfotografie werden in de jaren '30 vaak gebruikt in de reclame.
|
Collages en foto-montages waren in de jaren '30 niet ongebruikelijk in de reclame- en publiciteitsfotografie al was dat vaak in een duidelijk herkenbare vorm en in combinatie met grafische elementen. De foto-montage van de Pelikaan staat wat dat betreft veel dichter bij de huidige beeldmanipulatie waarbij publiciteitsfoto's vaak uit meerdere elementen worden samengesteld. In de reclame is dat algemeen geaccepteerd, in de nieuwsfotografie absoluut niet.
Een montage als van de Pelikaan zou tegenwoordig de krant niet meer halen zonder dat daar een uitgebreide discussie over beeldmanipulatie en journalistieke integriteit op volgt.
Met huidige technieken zou zo'n montage wel een stuk sneller en nauwkeuriger kunnen worden gedaan. Daar staat tegenover dat er analoog ook al heel wat mogelijk was. Negatieven van 10x15cm hadden als voordeel dat er niet of nauwelijks vergroot hoefde te worden zodat er bij reproductie weinig verlies in scherpte op trad. Nadeel was dat in de nieuwe foto de randen van het uitgeknipte fotopapier ook haarscherp in beeld kwamen. Bij reproductie in kranten en tijdschriften was dat door het gebruikte raster niet te zien en in de boeken waarin de foto later verscheen viel het ook nauwelijks op. Maar op een afdruk op fotopapier was duidelijk te zien dat hier sprake was van enig plak- en knipwerk.
Uiteindelijk is deze foto-montage wel het iconische beeld van de Pelikaan-vlucht geworden. Het beeld is zelfs in 2009 nog gebruikt op een postzegel als één van de hoogtepunten uit de Nederlands luchtvaart-geschiedenis. Wat dat betreft had de K.L.M. zijn propaganda goed op orde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten