zaterdag 28 september 2013

Gevabox




Er bestaan in ieder geval 3 verschillende camera's met de naam Gevabox. De eerste was een bakelieten box voor 6x6 uit 1950. Wat later volgde een rechthoekige metalen box voor 6x9, afgewerkt in chroom en zwart. De laatste variant uit 1955 was enigszins gestroomlijnd, ook voor 6x9 en van metaal en kunststof. Ze werden op de markt gebracht door de firma Gevaert uit Mortsel bij Antwerpen.
Géén van deze camera's was echter door Gevaert zelf gemaakt. De firma Gevaert was eerst en vooral producent van lichtgevoelig materiaal, het was ooit zelfs één van de grootste producenten van lichtgevoelig materiaal ter wereld. Het assortiment omvatte naast fotopapier, glasplaten en films ook röntgenfilm en lichtgevoelig materiaal voor de wetenschap en de grafische industrie.
Na een fusie met Agfa in 1964 verdween de naam Gevaert geleidelijk naar de achtergrond. Ook de naam Agfa is inmiddels grotendeels verdwenen, in ieder geval dan toch in de fotografie. Het huidige Agfa-Gevaert is een multinational die nog steeds actief is op het gebied van beeldvorming en ook IT-systemen voor de grafische industrie en de medische wereld. Het bedrijf heeft zo'n 12000 medewerkers en een jaaromzet van meer dan 3 miljard.
Hoewel Gevaert zich dus voor een groot deel richtte op de professionele markt voor lichtgevoelig materiaal was de Gevabox vooral bedoeld voor de beginnende amateur. De Gevabox was een eenvoudige boxcamera voor 120 film, uiteraard van Gevaert, waarmee de jonge vader zijn familiegeluk kon vastleggen.

Het soort foto waarvoor de Gevabox bedoeld was. Dit stond op de film die er nog in zat.
De krassen komen door het slecht werkend transport, de vlekken door ouderdom.
Fotograaf onbekend.

Ik zag de Gevabox staan op een rommelmarkt. Een nogal gedrongen constructie van bakeliet die opviel door de witte details. Het ontwerp was niet heel erg fraai maar grafisch wel uitgesproken. De sluiter deed het nog en (Oeps!) er zat ook nog een film in. Had ik misschien zo maar een zelfportret gemaakt.
De camera had twee diafragma's, 11 en 8, en twee tijden, M(oment) en Z(eit). Deze letters verraadden een Duitse oorsprong. Deze eerste Gevabox werd dan ook geproduceerd door Herman Wolf Gmbh uit Wuppertal. Dat bedrijf produceerde dezelfde camera overigens ook onder de naam Adox 66. Dit ten behoeve van de firma Adox, één van de concurrenten van Gevaert.
De camera had een kleine briljantzoeker, midden boven de lens. Het lensje zelf leek zo op het eerste gezicht een eenvoudige meniscus, en bleek dat later ook te zijn. Het lensje had een schroefdraad waarmee het in of uit de camera kon worden gedraaid. Zo was het mogelijk om scherp te stellen, op ∞-7, 6-4 of 3-1,5 meter. Dat maakte deze camera dan toch net iets interessanter dan de meeste boxjes.

Nadat de film er uit was kon ik de camera wat beter bekijken. De sluiter deed het maar bleef af en toe hangen. Alles liep een beetje stroef en de camera was vuil en stoffig en waar mogelijk een beetje roestig. De verschillende stukken bakeliet zaten met schroeven aan elkaar dus uit elkaar halen leek mij niet zo'n probleem. Dat er in het binnenwerk een stukje kunststof was afgebroken was minder leuk. Dit stukje was weg. Het had één van de staafjes op z'n plaats gehouden waar tijdens het transport de film over rolt. Dat staafje was ook weg. Ik begreep meteen waarom de film zo stug transporteerde.
Heel ingewikkeld was de constructie verder niet, 4 stukken bakeliet, een metalen plaatje met daarop de sluiter en het diafragma, wat losse knopjes en klemmetjes en 6 roestige schroeven om alles bij elkaar te houden. Degelijk maar niet bijzonder elegant ontworpen. Het bakeliet voelde zwaar aan, behalve het afdekplaatje van de filmhouder, maar dat was dan ook gebroken. Ik had geen idee hoe dat kon.


Tijdens het schoonmaken kwam ik verder geen andere problemen meer tegen zodat ik kon beginnen aan de reconstructie. Van een stukje hard plastic heb ik het ontbrekende ashoudertje zo goed mogelijk nagemaakt. Een beetje schuren en vijlen. Daarna op zijn plaats gelijmd met secondenlijm. Na nog meer schuren en vijlen zag het er weer aardig uit, het was in ieder geval functioneel. Het afdekplaatje heb ik ook meteen gelijmd. Het asje kwam uit een andere, al lang geleden afgeschreven camera en had bijna de goede maat.
De montage begon voorspoedig, de sluiter viel makkelijk op z'n plaats en na wat proberen deden de knopjes voor diafragma en sluitertijd het ook weer. De filmhouder zat ook vrij snel in elkaar. Maar daarna zat het even tegen. Ik kreeg de filmhouder niet op zijn plaats. Niet in zijn geheel en ook niet in onderdelen. De transportknop zat in de weg. En die zat vast met een veertje dat ik eigenlijk niet los wilde halen. Ik verwachtte dat ik dat pas na veel gepruts weer op zijn plaats zou krijgen. Uiteindelijk toch maar gedaan en de filmhouder schoof zo op zijn plaats. Daarna inderdaad een hele tijd zitten prutsen om de veer weer op zijn plaats te krijgen. Ik denk wel dat als ik het anders had gedaan, ik het afdekplaatje opnieuw had kunnen lijmen.


Van de eenvoudige meniscus verwachtte ik niet al te bijzondere prestaties. Diafragma 8 leek mij niet toereikend om alle lensfouten te corrigeren. In werkelijkheid was het grootste diafragma overigens eerder F/11, diafragma 11 kwam dan weer meer in de buurt van F/16, maar ook dit bleek niet toereikend.
Ik verwachtte meer van de mogelijkheid tot scherpstellen; portretten en foto's van onderwerpen dichtbij die met een boxcamera met vast objectief niet mogelijk waren. Wat dat betreft werd aan de verwachtingen voldaan. Zelfs ingesteld op oneindig was de voorgrond redelijk scherp maar de horizon amper. Volgens mij liep het scherptebereik van 1,5 tot maximaal 6 meter. Bij diafragma 8 was de scherptediepte niet genoeg om alles voorbij die afstand scherp te krijgen, zelfs niet met de lens op oneindig.
De kwaliteit van de lens was matig, het midden was redelijk scherp maar aan de randen en in de hoeken bleef alles wazig. Overigens was er nauwelijks sprake van lichtafval naar de hoeken. Het tegendeel leek eerder het geval, zeker in situaties met veel tegenlicht. Waarschijnlijk omdat de lens al dat licht niet aan kon.
Bij diafragma 11 namen zowel de scherpte als de scherptediepte toe en ook de lensfouten werden minder. Maar ook dat leverde geen briljante foto's op, de foto's bleven een beetje wollig.
Op volle opening was de camera dus alleen geschikt voor onderwerpen dichtbij, in voldoende licht maar zonder al te veel contrast en zeker geen tegenlicht. Met gesloten diafragma kon je iets meer risico's nemen maar de mogelijkheden bleven beperkt.
De zoeker was eigelijk te klein maar gaf dan wel weer meer aan dan er uiteindelijk op het negatief kwam. Dat was dus ook al geen sterk punt. Bovendien was de camera ergonomisch ook niet erg doordacht. De ruimte voor de film was moeilijk te bereiken, de achterwand sloot nogal stroef maar de klemmetjes die de achterwand op zijn plaats moeten houden zaten dan weer te los. Dat kan door ouderdom komen maar heel betrouwbaar voelde alles niet aan.

Het is mij gelukt om een paar aardige foto's met deze Gevabox te maken maar ik denk niet dat ik er snel weer mee op stap ga. Daarvoor zijn de resultaten te wisselvallig en de kwaliteiten te beperkt. Bij Gevaert vonden ze dat waarschijnlijk ook want heel lang bleef de camera niet op de markt. In 1951 kwam er een nieuwe Gevabox op de markt, ook geproduceerd door Herman Wolf, maar een compleet andere camera, de Gevabox 6x9.

Opname met diafragma 8, afstand ingesteld op 4-6 meter.
Het werkelijke scherptepunt ligt veel dichterbij en dus buiten beeld.

Bij diafragma 11 is de beeldkwaliteit al een stuk beter.


Het sterke punt van de Gevabox; een close-up.

















Geen opmerkingen:

Een reactie posten